De Peruaanse jungle: ontdek het groene hart van het Amazonegebied
Hoewel Peru vooral bekendstaat om iconen als Machu Picchu en de Andes, bestaat maar liefst 60% van het landoppervlak uit tropisch regenwoud. De Peruaanse Amazone is daarmee een van de grootste en meest biodiverse junglegebieden ter wereld. Het beslaat het uitgestrekte oosten van het land, vanaf de oostflanken van het Andesgebergte tot aan de grenzen met Ecuador, Colombia, Brazilië en Bolivia.
Een ongeëvenaarde biodiversiteit
De Peruaanse jungle is een van de rijkste ecosystemen op aarde. Wetenschappers hebben er meer dan 1800 vogelsoorten, 462 zoogdiersoorten, 300 soorten reptielen en duizenden insectensoorten geïdentificeerd. Tot de iconische bewoners behoren de jaguar, reuzenotter, luiaard, anaconda en de zeldzame roze rivierdolfijn. Maar ook de mensen maken deze regio bijzonder: tientallen inheemse volkeren leven er nog altijd deels in traditionele gemeenschappen, verspreid over het regenwoud.
Toegangspoorten tot de jungle: Iquitos en Puerto Maldonado
De twee belangrijkste toegangspunten tot de jungle zijn Iquitos in het noorden en Puerto Maldonado in het zuiden.
- Iquitos is de grootste stad ter wereld die niet via de weg bereikbaar is – je komt er alleen per boot of vliegtuig. Vanuit hier kun je meerdaagse tochten maken naar lodges diep in het regenwoud, zoals in het Pacaya-Samiria National Reserve, waar het water het grootste deel van het jaar zo hoog staat dat je het gebied per kano verkent.
- Puerto Maldonado ligt op een dagreis van Cusco en is de uitvalsbasis voor trips naar het beroemde Tambopata National Reserve en het Manu National Park, beide bekend om hun buitengewone soortenrijkdom. Manu is zelfs een van de plekken met de hoogste biodiversiteit ter wereld.
Wat kun je doen in de Peruaanse jungle?
Een bezoek aan de jungle is geen doorsnee reiservaring. Je kunt er:
- Wandelen over boomtopbruggen in het regenwoud
- Nachtexcursies maken om kaaimannen, kikkers en insecten te spotten
- Met een kano door overstroomde bossen varen
- Inheemse gemeenschappen bezoeken en leren over traditionele geneeswijzen
- Vogels spotten zoals de kleurrijke ara, toekan of de zeldzame hoatzin
In veel lodges kun je deelnemen aan begeleide tours met lokale gidsen die het gebied als hun broekzak kennen.
Wanneer reizen naar de jungle van Peru?
Het Amazonegebied kent een tropisch klimaat, met hoge temperaturen en een hoge luchtvochtigheid. Het hele jaar door kun je de jungle bezoeken, maar grofweg zijn er twee seizoenen:
- Het regenseizoen (november t/m april): de rivieren staan hoog, veel gebieden zijn alleen per boot bereikbaar.
- Het droge seizoen (mei t/m oktober): makkelijker wandelen en meer wildlife rond de rivieroevers, maar warm en vochtig blijft het altijd.
Voor wie is de Peruaanse jungle geschikt?
De jungle is het domein van de avontuurlijke reiziger. Maar je hoeft geen hardcore survivalexpert te zijn: veel lodges zijn comfortabel en goed georganiseerd. Een paar dagen in de jungle vormen een indrukwekkend contrast met de droge hoogvlaktes van de Andes en geven je reis door Peru een extra laag van ontdekking en verwondering.
Praktische informatie
Stekkers
Jungle – welke stekker heb je nodig?
Ga je op reis naar Jungle, dan is het goed vooraf te checken welke stekkers in Jungle gebruikt kunnen worden voor het stopcontact. En of het nodig is om een reisstekker of wereldstekker mee te nemen. In veel landen worden namelijk andere stekkers en stopcontacten gebruikt dan in Nederland, waardoor je je meegebrachte apparatuur niet zou kunnen gebruiken. Vaak is het daarom onvermijdelijk om een verloopstekker of een wereldstekker (waarmee je in de meeste landen uit de voeten kunt) te kopen. Ons advies: als je meerdere reizen maakt, koop meteen een goede wereldstekker. Dan ben je klaar voor al je reizen want overal in de wereld zijn andere stopcontacten, en je apparatuur heeft toch electriciteit nodig.
Visa
Als Nederlander heb je geen visum nodig voor landen binnen de Europese Unie, het Schengengebied en het Caribische deel van het Koninkrijk. Voor de landen daarbuiten
heb je meestal wél een visum nodig. Met een visum krijg je toestemming om een land binnen te gaan en er voor bepaalde tijd te verblijven. Na het verstrijken van de
einddatum moet je het land weer verlaten hebben. De meeste reizigers maken gebruik van een toeristenvisum met een beperkte geldigheid. In sommige gevallen kun je je visum
aan de grens kopen. In de meeste gevallen is het echter aan te raden om je visum al voor aanvang van je reis te regelen. Visa worden afgegeven door de landen zelf, en zijn
(online) te regelen via de respectievelijke ambassade of een visumdienst.
Check snel of je een visum nodig hebt voor jouw reisbestemming.
Vaccinaties
Het laatste wat je wil is dat je vakantie wordt verziekt door een infectieziekte. Daarom is het van belang dat je al vóór vertrek nagaat welke infectieziekten op jouw reisbestemming voorkomen,
en dat je je tijdig tegen die ziekten laat inenten. De meest voorkomende infectieziekten zijn buiktyfus, dtp (difterie, tetanus, polio), gele koorts, hepatitis A, hepatitis B, mazelen,
TBC (tuberculose), dengue (knokkelkoorts) en malaria. Voor persoonlijk advies of een inenting kun je o.a. terecht bij de GGD.
De tarieven voor vaccinaties kunnen per GGD verschillen. Sommige vaccinaties beschermen je lichaam levenslang, terwijl andere om de
zoveel jaar vernieuwd moeten worden. Hoewel je je tot vlak voor een reis kunt laten vaccineren, is het aan te raden om er op tijd bij te zijn. In een ideaal scenario neem je reeds zeven maanden voor
vertrek contact op met de GGD of een particuliere instelling