Volgens de legende zou de stad Bern genoemd worden naar het eerste dier dat Graaf Berthold neerschoot in de nieuw te vestigen stad. Dat bleek dus een beer te zijn en zodoende kreeg de stad in 1191 haar naam. Vanaf dat moment hebben beren altijd een apart plekje gehad in de geschiedenis van de stad. Het wapen van de stad heeft een beer en als je door het centrum loopt zie je vele afbeeldingen van, en fonteinen met beren. In de 16e eeuw werd een levende beer meegenomen als buit na een Zwitserse oorlogs overwinning, en hiervoor werd een berenput gebouwd. Sindsdien zijn er altijd levende beren in de stad geweest, met uitzondering van een kort intermezzo van 12 jaar in de tijd van Napoleon. Toen hij de stad bezette liet hij de beren naar Parijs vervoeren.
De berenput werd in de 18e eeuw vervangen door een nieuwe, net buiten het centrum. De berenput werd een toeristische trekpleister en iedereen die Bern bezocht wilde er even een kijkje nemen.
De laatste jaren groeide de zorg omtrent de beren. Men vond dat de beren geen geschikt onderkomen hadden, dat de put de klein en te beeronvriendelijk was. En dus besloot de stad een heel nieuw berenpark te maken. In oktober 2009 werd dit geopend en nu hebben de beren een veel groter, grasrijk terrein aan de Aare rivier, plus de mogelijkheid om zelf vis te vangen in die rivier. Reden dus om er weer een kijkje te nemen.
Helaas zijn het wel de enige beren van het land (behalve dierentuinen), want door de jacht zijn beren daar zo’n 100 jaar geleden uitgeroeid.