De draak van Wawel - de legende
Krakau,
Polen
Het verhaal vertelt dat tijdens de heerschappij van koning Krak een draak in Krakau woonde. De draak settelde zich in de grot onder het Wawel kasteel. De draak wilde elke week als eten een koe krijgen. Wanneer er niet aan zijn wens voldaan werd, doodde hij de bewoners van Krakau. De bewoners vreesden de draak. Het aantal koeien nam elke week af en mensen waren bang dat ze niet genoeg koeien hadden om de draak te voeden. Er waren maar weinig bewoners die een poging waagden om de draak te bestrijden. Helaas kwamen zij nooit meer terug van de reis die zij ondernamen naar de grot van de draak.
En zo verscheen er op een dag in Krakau een arme en jonge schoenmaker die beweerde dat hij een idee had om van de draak af te komen. Hij ging naar de Wawel om met koning Krak te praten. De koning had er weinig vertrouwen in maar liet de schoenmaker zijn gang gaan. De schoenmaker heeft de volgende dag een ram gedood en binnen de ram verstopte hij zwavel. Hij ging naar de grot van de draak en legde de ram stiekem voor de grot neer. De draak werd wakker van de geur van het vlees en at de ram onmiddellijk op. De zwavel in de ram werkte gelijk waardoor de draak behoefte had aan water. Hij ging gelijk naar de rivier Wisla en dronk het water zo lang dat de bewoners dachten dat hij de hele Wisla ging opdrinken. De draak dronk zo veel water op dat hij ontplofte. De mensen werden eindelijk bevrijd van de slechte draak en de schoenmaker kreeg alle roem en werd de held van Krakau.
Tot op de dag van vandaag kunnen mensen de grot van de draak onder de Wawel kasteel bezoeken. Als herinnering aan de heldendaad staat er een beeld van de draak voor de grot die met vuur spuwt. Ook hangt er bij de ingang van de Wawel Kathedraal een bot waarvan mensen beweren dat het afkomstig is van de gedode draak. Toch zijn de meningen over het bot verdeeld.