De Gravestenenbrug, een dubbele ophaalbrug over het Spaarne, is samen met de fraaie gerestaureerde woningen aan de overzijde, waarschijnlijk het meest gefotografeerde object in Haarlem. De brug is vernoemd naar Gravesteen, een nederzetting van de Graaf van Holland.
Bij de vernieuwing van deze brug in 1863, zijn fundamenten teruggevonden die dateren van vóór de 13de eeuw. De brug werd vanwege bouwvalligheid in de jaren '40 van de vorige eeuw niet meer gebruikt, maar is in 1950, toen het benodigde geld er was, herbouwd. De ophaalbrug zelf is van staal, met een wegdek van eikenhout.
In het fraai gerestaureerde grote dubbelpand aan de overzijde was in de 16de en de 17de eeuw bierbrouwerij "de Olifant" gevestigd. Het brouwersambacht was in die tijd de belangrijkste vorm van nijverheid in Haarlem. Het water, dat men voor de bierproductie nodig had, kwam aanvankelijk uit het Spaarne. Later in de zestiende eeuw werd het uit bekkens in de duinen gehaald en met schuiten over het Spaarne aangevoerd.
De gevels hellen trouwens iets naar voren, ze zijn "op vlucht" gebouwd. Het bouwen op vlucht houdt het doelbewust voorover laten hellen van de gevel van een bouwwerk in. Dit vergemakkelijkte het hijsen van goederen naar de zolder.