Het mysterie van de scooter: snap jij hoe het zit?
Columbus-hoofdredacteur Louise ten Have en vriendin Lusanne Hogeweg worden geconfronteerd met een raadsel tijdens hun reportage op de paradijselijke Andamaneilanden in de Indische Oceaan.
Louise heeft via de receptie van het hotel een scooter gehuurd voor de dagen dat we op het eiland Havelock zijn.
‘Heb jij weleens op een scooter gereden?’ vraagt ze me.
‘Nee, dat heb ik tot nu toe weten te vermijden, ik vind het maar eng,’ antwoord ik.
‘Maak je geen zorgen, ik rijd heel langzaam.’
Ze zet haar helm op.
‘Voorzichtig opstappen alsjeblieft. Gaat het, met mijn tas zo?’
Ik stap onwennig achterop en na wat heen en weer geschuif rijden we weg. Ik houd me eerst krampachtig met twee handen aan Louise vast maar ik merk dat het inderdaad in een heel relaxed tempo gaat en ik plaats een hand achter me op de beugel. De andere heb ik vrij. Al snel vind ik het wel leuk om zo over het eiland te rijden. De zon op mijn huid, de wind door mijn haar en een voorbij glijdend uitzicht op palmbomen en tropische huisjes. Wat een lekker leventje!
We komen niet ver op ons eerste ritje. Als we horen dat we echt heel vroeg bij het Barefoot Resort moeten zijn om een olifant te kunnen fotograferen, zetten we de scooter langs de weg en nemen we een tuktuk.
‘Dan zijn we er veel sneller,’ licht Louise toe.
Als we parkeren bij het resort geeft ze mij de sleutel. ‘Kun jij die in je tasje doen?’
De dag erna doorkruisen we het hele eiland op de scooter en ik zit erbij alsof ik nooit anders heb gedaan. Wat heerlijk cool dit, ik voel ons helemaal passen bij de vibe van het eiland. We hebben ook al een prima routine samen; Louise rijdt, ik zit achterop en let op de borden langs de weg en eventueel op haar tas. Als we ergens stoppen gaat de sleutel in mijn tasje.
‘Fijn,’ zegt Louise, ‘anders raak ik maar in de war.’
Bij een strand parkeren we de scooter tegenover wat kraampjes. De flessen water in het zadel maken plaats voor de helm en we zetten het water op de treeplank.
‘Hier staan ze prima, niemand zal ze meenemen. Er is hier tenslotte geen criminaliteit. Iedereen is zo eerlijk.’
Als we terugkomen van het strand krijgt Louise het zadel niet open. Ze steekt de sleutel er opnieuw in, draait en draait nog een keer. Geen beweging. Hoe kan dat nou, is de sleutel soms verbogen?
Een Indiase jongen die met zijn vriendin bij zijn scooter staat, schiet ons te hulp. Maar ook hij krijgt geen beweging in de sleutel. Twee mannen springen op van hun boomstam en de ene hurkt naast onze scooter. Hij steekt zijn hand onder het zadel en opent het vanbinnenuit. Wij reageren opgelucht, we waren al bang om onze ferry te missen. We bedanken allen hartelijk, maar als Louise wil starten, blijkt de sleutel ook daar niet te werken.
‘Hè, hoe kan dat nou?’
‘Doet-ie het niet?’
‘Nee joh. Zou het soms niet de goede sleutel zijn?’
Ik weet even niet wat te zeggen.
De drie mannen komen ons weer helpen en al snel blijkt dat het nummer op het label van de sleutel niet overeen komt met het kenteken van de scooter. Je kunt onze hersenen horen kraken in de stilte die volgt.
‘Iemand heeft de scooter omgewisseld.’
‘Dat moet haast wel. Wat kan het anders zijn?’
‘Waarom zou iemand zoiets doen?’
‘Geen idee.’
‘En nu?’
‘Terug naar het hotel, dan moeten ze het daar maar uitzoeken. Wij leveren bij de receptie onze sleutel in, de scooter laten we hier staan.’
‘Wat een gedoe, en net als we vertrekken. Gelukkig hebben we nog tijd.’
Maak een foto van het kenteken, adviseren de heren nog en dat doe ik terwijl een van hen een taxi voor ons belt.
Onderweg in de taxi naar het hotel merk ik op dat ik het zo apart vind dat de flessen water nog precies zo stonden als wij ze hadden achter gelaten.
‘Dat is het!’ roept Louise uit. ‘De flessen water bewijzen dat het kwade opzet moet zijn. Dat iemand onze scooter meeneemt en die van hen op precies dezelfde plek neerzet en dan ook nog eens de flessen water weer precies terug zet. Dat is verdacht.’
Bij het hotel vertellen we ons verhaal. Het lijkt wel alsof ze het niet begrijpen. Ze stellen steeds vragen en we moeten het telkens weer uitleggen. Het scooterverhuurbedrijf wordt gebeld ter informatie. Ze vragen of wij vandaag Natasha, een yogadocente, hebben gesproken.
‘Ja, maar wat heeft dat ermee te maken?’
‘De scooter die bij de sleutel hoort, is verhuurd aan een yogadocente en mogelijk zijn de sleutels verwisseld.’
‘Welnee, dat kan niet, de sleutel is steeds in ons bezit geweest. Die zat in het tasje.’
‘Misschien is het wel mogelijk,’ probeert de dame van de receptie.
‘Nou dat zou echt een wonder zijn,’ geven wij terug.
Er wordt druk heen en weer gebeld en dan is het even wachten op een oplossing. Wij gaan ondertussen een koude koffie drinken in de bar van het hotel.
Dan komt Natasha aanlopen.
‘You took my key,’ zegt ze.
We kijken elkaar aan. Het personeel is met haar mee gelopen en kijkt toe.
We laten het even bezinken. Dus de sleutels zijn niet verwisseld. Maar als de sleutel van Natasha weg is, en wij die hebben meegenomen, moeten wij twee sleutels hebben.
‘Heb jij nog een sleutel in je tasje?’ vraagt Louise mij.
Ik open mijn tasje en het eerste dat ik zie is de sleutel. Ik pak hem eruit.
‘Hoe vaak heb ik wel niet mijn tasje open gedaan en er iets uit gepakt?’ proest ik uit. ‘En niet één keer zag ik twee sleutels. En nu … bizar! Dit is geen toeval.’
‘Zo,’ zegt de dame van de receptie, ‘het mysterie is opgelost!’


