De Mariakerk is niet te missen in Krakau. Met zijn twee ongelijke torens rijst de kerk hoog uit boven het grote marktplein. Het Pools-gotische bouwwerk is een symbool voor Krakau en Polen en herbergt vele waardevolle culturele schatten.

In het jaar 1355 werd begonnen met de bouw van de Mariakerk door 2 broers. Ze kregen allebei de opdracht één van de torens te maken. Volgens de legende waren ze met elkaar in een concurrentiestrijd verwikkeld om de hoogste toren neer te maken. Toen een van hen zijn hoogste punt van 81 meter bereikte, stak hij zijn broer dood, waardoor diens toren niet verder komt dan 69 meter hoogte. Het mes is nog altijd te vinden op het plein.

De Mariakerk is ook bekend vanwege de Hejna?. Een trompetist die vanuit de hoogste toren ieder uur een kort deuntje ten gehore brengt. Deze traditie dateert uit de middeleeuwen en er zit een mooie legende aan vast. Een oplettende wachter in de toren sloeg ’s nachts alarm toen het Mongoolse leger ooit Krakau wilde innemen. De wachter kreeg tijdens het blazen op zijn trompet een pijl door zijn keel, wat zijn signaal tot een abrupt einde bracht. Tot op de dag van vandaag hoor je door het hele centrum elk uur de melodie, die nog altijd net zo plotseling stopt.