Zuid Sri Lanka

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Vliegende honden

Zuid Sri Lanka,
Sri Lanka


Het leefgebied van de vliegende hond strekt zich uit van Zuid-Myanmar, Thailand, Cambodja en Vietnam, naar het zuiden van Maleisië tot Singapore, een groot deel van Indonesië, en oostelijk naar Borneo en de Filipijnen.De kop van een vliegende hond lijkt meestal inderdaad op een kop van een hond of vos.
Hun oren zijn spitser en ze hebben ook grotere ogen dan de andere vleermuizen. Ook zijn hun nekharen langer.

Deze meestal grote vleerhonden hebben geen staart. Op de tweede vinger van de vleugel zit een klauw. Per kaakhelft zijn er twee snijtanden aanwezig.
Vleerhonden hebben hun ogen aan de voorkant van hun kop zitten, zodat ze zien met een stereoscopisch beeld.
Daardoor kunnen ze de afstand heel precies inschatten.

Omdat ze niet op jacht hoeven, zoals de andere vleermuizen, missen de meeste vliegende honden het orgaan dat echolocatie mogelijk maakt.
Ze vertrouwen op hun gezichtsvermogen en hun neus.
Wel zijn het nachtdieren.Dat verklaart ook hun grote ogen ten opzichte van de andere vleermuizen.
De voortplantingsperiode is in de maanden februari en maart. Na een zwangerschap van 6 maanden wordt er één of hooguit twee jongen geboren. Deze heeft een jong aan de borst onder haar vleugels.

Bijzonder aan deze familie is dat de zogende vrouwtjes in aparte groepen bij elkaar zitten. Een maand lang blijft het jong bij zijn moeder, maar na deze periode zal ze het jong achterlaten in de verblijfplaats en alleen op zoek gaan naar eten.

Na twee maanden kan het jong zelf vliegen, maar het zal nog een maand duren voordat het mee gaat om eten te zoeken.
Tussen de 4 en 6 maanden is hij geheel onafhankelijk, maar hij wordt pas na 18 maanden vruchtbaar.
Ze hangen met velen tegelijk in een boom te slapen en zijn regelmatig te vinden in landen zoals Sri Lanka. Vraag het de lokale bevolking, die weten vaak waar.

Bron: Vliegende hond