Palawan

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Ontspan op Palawan

Palawan,
Filipijnen


De Filipijnen heeft een bijzonder karakter, een ietwat bonte mix van Zuidoost-Azië en Latijns-Amerika. De bevolking heeft net wat meer temperament, de muziek heeft opzwepende ritmes en in plaats van tempels vind je er een heleboel kerken. Het zijn overblijfselen van de lucratieve handelsroute met Mexico in de koloniale hoogtijdagen van het Spaanse rijk.
Waar je ook niet om heen kunt zijn de jeepneys. Deze felgekleurde en uit de kluiten gewassen jeeps zijn het ultieme vervoersmiddel voor zowel in de stad als op het platteland. Deze afgedankte overblijfselen uit de Tweede Wereldoorlog lijken een hoopje oud ijzer, ze zijn wel levendig en stralen trots en blijheid uit. Hetzelfde geldt voor de Filipino’s. Hun leven is niet altijd even gemakkelijk en er heerst volop armoede maar ze blijven ondanks alles stralen.
Flora en Fauna is werkelijk adembenemend en als je van eilandhoppen houdt is dit land absoluut een aanrader. Er is een uitgebreid en goedkoop netwerk van binnenlandse vluchten en voor de relatief korte afstanden zijn er veerboten (in het orkaanseizoen kun je beter niet het ruime sop kiezen).

Van de meer dan 7000 eilanden die de Filipijnen rijk is, is Palawan een van grootste, mooiste en meest ongerepte waar duurzaam toerisme hoog in het vandaal staat. Een groter contrast met hoofdstad en wereldmetropool Manila is niet denkbaar overigens. Hiervandaan vlieg je in iets meer dan een uurtje naar Puerto Princesa, de grootste plaats op het eiland. Een netwerk van busjes en jeepneys zorgt ervoor dat je je gemakkelijk over het langwerpige eiland kunt verplaatsen. De meeste toeristen trekken naar het noorden in de richting van El Nido, waar je per banca (Filipijnese versie van de outrigger) de paradijselijke Bacuit archipel kunt verkennen. Óf je gaat gewoon per kajak eilandhoppen en je persoonlijke Robinson Crusoe-momentje beleven.

Op de foto is het strand bij het kleine plaatsje Sabang, dat vooral bekend is als opstapplaats voor de boot naar de ondergrondse rivier. UNESCO werelderfgoed staat altijd volop in de spotlights dus vroeg van te voren reserveren is raadzaam. Overigens merk je in Sabang niet veel van de bootjes met toeristen. Het is hier vooral van de rust genieten te midden van alle natuurschoon.

(Aan het eind van het strand ligt het fijne Daluyon beach resort, voor het ultieme ontspanningsgenot. Achter op het terrein, nog steeds op steenworpafstand van het strand, zijn er enkele goedkope kamers, iets krapper en geen spectaculair uitzicht maar wel luxe!)