Ik ben negen jaar bezig geweest om mijn laatste roman 'Het Koningszwaard' te schrijven. Ik wilde de plaatsen bezoeken waar het verhaal zich afspeelt en ook gedegen onderzoek doen naar de omstandigheden in de 17e eeuw. Het Franse koninkrijk, de Nederlandse Zeven-Provinciën, Tempeliers, Moren, muiters, monniken en nog veel meer komen uiteindelijk aan de orde. Het is historische fictie geworden, hetgeen inhoudt dat heel veel klopt, maar sommige zaken ook weer niet. Maar die zaken hadden uiteindelijk wel kunnen kloppen als het net iets anders was gegaan.

Dit fort op het eiland Port-Cros (le fort du Moulin) is het gebouw waar de Franse kroonprins in het boek maar liefst vier jaren van zijn jeugd doorbrengt. Ik ken de eigenaar (kasteeldame) dus ik heb de kans gehad om het fort ook echt te beleven en te beschrijven zoals het toen was.

Het mooiste aan het schrijven van het boek is misschien niet eens het uitgeven zelf, of het signeren van het eerste exemplaar. Nee, het plezier zit vooral in de voorbereiding: al die plaatsen en steden die je bezoekt en onderzoekt en fotografeert. Voor deze roman betrof dat de zuidelijke eilanden Port-Cros, Ile-du-Levant en Brégançon, het paleis van Versailles, de kathedralen van Saint-Denis en Reims, de noordelijke Franse stad Lille, Amsterdam, Den Haag, Scheveningen, Delft en Leiden.

De trailer van het boek: https://www.youtube.com/watch?v=3K2BQelp-pk&feature=youtu.be