Madhya Pradesh

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Madhya Pradesh image

Madhya Pradesh

Madhya Pradesh
India
Jdevaan

India versus Nepal

Nepal is een verademing. Dat ligt niet aan de lucht, ook Kathmandu ligt onder een deken van smog. Maar hoewel dit ook een miljoenenstad is, wordt je hier minder verdrukt.
De straten zijn “schoon”, het verkeer rijdt er normaal in rijen in plaats van kris, kras krioelend, elkaar rechts en links inhalend…
Sporadisch zien we wel een koe of buffel, maar zelden op de weg. Motorriksja’s kennen ze hier niet en fietsriksja’s wagen zich niet op de wegen tussen de auto’s, maar beperken zich tot de wijken met smallere straatjes. Dat maakt toch wel dat we ons een stuk veiliger voelen zodra we een stap buiten het hotel zetten.

In India werden we helemaal knetter van het dag en nacht aanhoudende lawaai.
Bellende fietsriksja’s, toeterende en schreeuwende motorriksja’s, auto’s die geen tien meter kunnen rijden zonder te claxonneren.
Daarbij kun je nog geen vijf stappen zetten zonder aangesproken te worden met in eerste instantie vriendelijke vragen, die er in tweede instantie voor moeten zorgen dat je je geld spendeert (aan bedelaars, aan saddhu’s, aan verkopers of aan chauffeurs van welk voertuig dan ook, die tien minuten met je meefietsen of rijden om je ervan te overtuigen dat je met ze mee moet gaan).
Zelfs onder het eten wordt je veelvuldig gestoord omdat men vindt dat zodra je theekop, theekan, cornflakesschaaltje, je bord, je glas zodra het leeg is, opgeruimd moet worden. De enige momenten van rust vindt je dan toch op je hotelkamer en zelfs dat is betrekkelijk omdat het lijkt of de wanden van bordkarton zijn gemaakt. De hele nacht wordt je getrakteerd op het voortdurende getoeter en in Varanasi van de treinen die minutenlang hun toeter ingedrukt houden. Menige nacht werd daarnaast nog opgeluisterd door concerten van jankende straathonden. Maar goed, de dagen zijn zo vermoeiend dat we daar bijna moeiteloos doorheen slapen.

Nu moet je dit ook weer niet verkeerd opvatten, want ondanks dit alles heb ik geen spijt van deze reis. Ik geniet van de aanblik van de kleurrijke mensen, de prachtige paleizen en forten en verwonder me over deze bijna nog middeleeuwse manier van leven.
De kletsende vrouwen die hun waterkannen vullen bij de waterpompen om die vervolgens op hun hoofd naar huis te dragen. De taferelen van de geiten, varkens, koeien en honden die hun kostje zoeken tussen het huisvuil. De groepjes kaartende mannen. De talloze goed gesorteerde groente- en fruitkarretjes. De ienie miene winkeltjes (kleiner dan de gemiddelde slaapkamer in Nederland).
De zich in de ochtendkou buiten badende mensen die hun tanden poetsen met een boomtakje. Het wasgoed dat over de struiken of wegafscheiding te drogen hangt. De mensen die ’s ochtends of ’s avonds rondlopen met omgeslagen dekens en die hun handen warmen aan vuurtjes gestookt van huisvuil (waaronder veel plastic zakken).

We hebben ook meerdere malen ’s avonds mogen genieten van bruiloftsstoeten. Daarbij trekt een feestelijk geklede stoet mensen achter een kar met daarop een generator door de straten. De generator zorgt voor de stroom voor de grote elektrische kandelaars die ze met zich meedragen en voor de luide muziek waarop in de stoet gedanst wordt.
Aan het eind van de stoet het paard met daarop de als een prins verklede bruidegom die naar zijn bruid gebracht wordt.

Gelukkig hebben we geleidelijk aan de hectiek kunnen wennen. Na Delhi zijn we eerst via rustige woestijnstadjes gereisd.
De hotels in India hebben een service die je in Nederland niet vindt. Iedereen wenst je een goede dag-morgen-avond, deuren worden voor je opengehouden en de gevraagde extra kussens en dekens worden binnen de minuut al op je kamer gebracht.
In ieder hotel kun je een thermosfles kokend water op je kamer krijgen, wat een uitkomst was die eerste twaalf dagen zonder koffer en dus zonder waterkoker.

In Nepal vindt je deze service nog in een overtreffende trap. Ook op straat is men hier bijzonder hulpvaardig. Zo werden we menigmaal spontaan door iemand naar de juiste bus of safa (acht persoons driewieler) begeleid. En wordt je ongevraagd door een medepassagier die ook uitstapt door het drukke verkeer naar de overkant van de straat geloodst. In de bergen lopend, weet iedereen al lang waar je naar toegaat (rooksignalen???) en lopen mensen en kinderen een stuk met je mee om de juiste short-cuts te wijzen. Heel lief!

Thamel, de wijk in Katmandu waar ons hotel zich bevindt, is een heel gezellige wijk. In de nog steeds kleine winkeltjes kun je zelfs rondkijken zonder dat er meteen driehonderd dingen uit de schappen getrokken worden en je wordt niet wanhopig in de winkel vastgehouden zodat je maar iets koopt.

Dat houdt niet in dat de mensen minder arm zijn, in tegendeel. Nepal is zo mogelijk nog armer dan India. Ik denk wel dat het verschil tussen arm en rijk minder groot is.
De mensen zijn hier heel anders, ook van uiterlijk. Indiase mensen zijn heel klein en ontzettend tenger gebouwd. Nepalezen echter zijn groter en grover gebouwd met veelal bredere gezichten. Ook wonen er veel Tibetanen.
De mensen zijn erg beleefd en velen groeten je nog met hoofdbuiging en gevouwen handen. Alleen bedelaars zijn vergelijkbaar opdringerig.
Saddhu’s kom je veel minder tegen en Hindoes beleven hun godsdienst minder streng dan in India. Hier eten ze wel vlees.
Het landschap is ook veel mooier en imposanter. Zelfs aan de Indiase grens zie je bij helder weer de machtige toppen van de Himalaya. Hoewel, ik kan het natuurlijk alleen maar vergelijken met Rajasthan en Madhya Pradesh.

En denk nu niet dat ik niet terug wil om andere delen van India te zien. Maar Nepal ervaar ik als een even fascinerend land en veel aangenamer om doorheen te reizen. Hier kom ik beslist nog eens terug!