Gujarat

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Gujarat image

"Do you like thali?'

Gujarat
India
Kokkeeri

"Do you like thali?'

Misschien had zijn slingerend rijgedrag ons moeten waarschuwen. Of anders wel zijn onverstaanbare gebrabbel. Maar uiteindelijk was het natuurlijk de extreem lage ritprijs die alle alarmen hadden moeten doen afgaan….

Het is te laat, we zitten al achterin. De vrolijke chauffeur spuit er vol gas vandoor. Hij rijdt de vouwen uit de broek van een verkeersregelende politieman, negeert het boze gefluit en snijdt een stuk van de weg af door tegen het verkeer in een rotonde te nemen. Ondertussen zit hij voornamelijk omgedraaid tegen ons te praten..

Niet helemaal op ons gemak, proberen we toch maar een praatje aan te knopen. Dat valt net mee. Hij is bijna onverstaanbaar. Dan denk ik, ergens in zijn woordenbrij, de vraag ‘Do you like thali?, te horen. Nu zijn wij dol op thali, de Zuid-Indiase versie van een onbeperkte lunch, maar we zitten én in Gujarat en het is nog ochtend. Een onlogische combinatie. Dus dan maar een wedervraag. “Yes, we like thali, do you like thali as well? Is it not early for thali?”. De chauffeur antwoord met een grote lacht. “Yes, yes, thali now. Do you like thali now?” V. en ik kijken elkaar aan. We besluiten deze vrolijke en vreemde kerel maar gewoon te volgen en zien wat gebeurt. Of je nu luncht om 11.00 of 13:00 uur, dat maakt ook niet uit.

We verlaten al snel de grote weg om via een wirwar van kleine straatjes bij een boerderijtje aan te komen. Een oude man ontvangt ons zwijgend. Onze chauffeur roept enthousiast naar de manen maakt een drinkbeweging. Hij staat nog net niet te dansen van geluk. “Dit moet wel een echte goede thali zijn.”, fluister ik V. toe. Inmiddels is ook de vrouw des huizes gearriveerd. Zij draagt een grote kruik de tuin in. De oude man volgt met een aantal, niet echt schoon uitziende, glazen en een zeefje. Onze chauffeur is niet meer te stoppen. “Drink, drink! Thali!” moedigt hij ons aan. De vrouw schenkt een wit troebel drankje, door het zeefje, in de klaarstaande glazen. De man wenkt ons dichterbij. Ik buig voorover om de glazen te pakken. In het zeefje zie ik drie dode vliegen en wat takjes… .

Onze chauffeur heeft geen aanmoediging nodig. Hij is al met zijn tweede glas bezig. Ik begin langzaam een vermoeden te krijgen waar het slingerend rijgedrag en het gebrabbel vandaan komen. De heftig brandende smaak in mijn mond bevestigt dat. Hoewel het niet vies smaakt, overheerst de alcohol enorm. Op dit zelf gebrouwen spul moet zelfs een rickshaw kunnen rijden. De oude man vult mijn glas nog een keer bij. Onze chauffeur helpt zichzelf nog maar een keer. V. vraagt aan hem hoe het zit met de thali. Zou dat ook nog komen? Als antwoord krijgt ook zij een nieuw vol glas aangereikt. Eten zit er even niet in, geloof ik.

Na mijn derde glas begin ik me een beetje licht in het hoofd te voelen. De wazige blik die ik daarbij op de chauffeur richt, begrijpt hij als een teken dat wij weg willen. Hij fluistert me toe, dat we nog wel even de oude man 150 rupee moeten geven. “And what about the thali?” vraag ik hem nog. “Do you like thali? I like thali!”, is zijn antwoord. Ik begrijp dat we het eten maar even moeten vergeten en overhandig de oude man de rupees. Net op het moment dat de bankbiljetten van hand tot hand gaan, loopt een geüniformeerde agent de tuin ik. Ik schrik. In een fractie van een seconde schieten er verschillende gedachten door mijn hoofd: We zijn toch nog wel in Daman, dat kleine stukje van Gujarat waar je nu net wel alcohol mag drinken? Hoe ziet in Indiase gevangenis er van binnen uit? Hoeveel geld heb ik bij me om dit alles af te kopen…?

De rickshaw chauffeur is niet onder de indruk van de aanwezigheid van de agent. Hij schudt hem luid lachend de hand, zijn dronkenschap niet echt verbergend. Ook de oude man begroet de agent vriendelijk. Nu denk ik aan een complot.Deze drie mannen spelen onder een hoedje. De chauffeur heeft ons hier heen geleid en de agent stond gewoon te wachten totdat ik het geld zou geven.
De agent loopt lachend op ons af. Mijn hartslag schiet omhoog. Ik weet eigenlijk niet hoe ik de situatie moet inschatten. Dan steekt hij vriendelijk zijn hand uit. “Hello sir, how are you? Do you like thali?”. Ik begrijp dat er geen sprake is van een probleem. De agent heeft nu zelf ook een glas van het witte spul in zijn hand. Ik knik en zeg opgelucht: “Yes, I like thali.”

We nemen afscheid van de oude man en de agent en lopen richting de rickshaw. Dan hoor ik achter me de agent roepen; “Wait, sir. Wait!”. Mijn hart slaat een slagje over. “Sir, do you have a camera? Take a picture!”. Opgelucht draai ik me weer om. Een foto maken moet wel lukken. Onze chauffeur, de agent, de oude man en V. poseren netjes voor mijn camera. Opnieuw schudden we iedereen de hand en dan vertrekken we naar ons hotel.

Ik geeft de chauffeur het geld, maar dat wil jij niet aannemen. “You paid for the thali. Do you like thali?” is zijn reactie op mijn uitgestoken hand met rupees. Ik wil nog even de discussie aangaan over het feit dat we onze thali niet hebben gezien, maar zie daar snel van af. In plaats daarvan geef ik hem een hand en antwoord ik “I like thali very much”.

De rickshaw schiet er weer vandoor. Als hij uit het zicht verdwenen is, kijken V. en ik elkaar hoofdschuddend aan. We besluiten maar iets te gaan eten. In het restaurant vraag ik aan de ober of hij misschien weet wat het witte drankje is dat de lokale mensen hier zelf brouwen.

Terwijl hij mijn koude Kingfisher neerzet antwoord hij; “I think you mean tari. I like tari. Do you like tari, sir?