Ter bevordering van het nationaal en het eigen geluk loopt deze dame kora’s, rondes met de wijzers van de klok mee rondom de tempel van het complex waar de koningen van Bhutan samenkomen.
Ze gebruikt hierbij een gebedssnoer om de tel niet kwijt te raken. Dit gebedssnoer bestaat uit 108 kralen waarbij een mantra moet worden gebeden en 4 kralen of 1 kraal die staan voor de vier hemelse koningen. De 108 kralen hebben te maken met de 108 vragen die Boeddha stelde in de heilige geschriften. Hij gaf er gelukkig ook verklaringen bij. Hoe vaker je de kora loopt, hoe dichter je bij het Nirvana komt.
Vanzelfsprekend draagt zij traditionele kleding: een kira, een soort overgooier/wikkelrok en een jasje van zijde, de wonju. Daarover nog een mooi geborduurde sjerp. Zoals bijna alle vrouwen heeft ze een eenvoudig kapsel: recht met pony.