image
Canva Images

De beste tips voor Noorwegen van het gebaande pad

Zo ontdek je Noorwegen weg van de massa. Ga op de Lofoten links waar de rest rechts gaat en ontdek de Trolltunga midden in de nacht. Columbus-schrijver Joost Smets ging je voor. 

Voorbij de drukte op de Lofoten

Het flapperen van het tentzeil is opgehouden. De rukwinden die de hele dag over de golven van de Noorse Zee joegen, hebben het opgegeven. Het is alsof ze me eindelijk toestemming geven om hier te staan, nu de dag onmerkbaar ten einde loopt. Aan de stand van de zon is niet te zien hoe laat het is. Het doet er ook niet toe — de zon gaat vandaag toch niet onder. De eerstvolgende zonsondergang is pas over een maand.

Mijn tent staat op Værøy, het meest afgelegen eiland van de Lofoten. Aan een hagelwit strand dat niet zou misstaan op plekken waar het gemiddeld twintig graden warmer is. Je zou het wildkamperen kunnen noemen, maar echt wild is kamperen zelden in dit land. Noorwegen is een dictatuur der ordentelijkheid. Zelfs hier, aan de verlaten noordrand van Værøy, heeft de gemeente twee toiletten geïnstalleerd en een hokje waarin je beschut kunt zitten.


Toevlucht in het verlaten dorp Måstad

Ik heb een gat in de dag geslapen. Dat was hard nodig: om middernacht ben ik begonnen aan een uitputtende wandeling naar het verlaten dorp Måstad. Op papier een route die in vijf tot zes uur moet kunnen. Maar niet met dit weer. De grote rotsblokken langs de kust zijn spekglad door de gestage motregen. De felle wind op de onbeschutte landtong naar het zuidelijke deel van Værøy maakt het ronduit gevaarlijk om over het steile pad te lopen. Alleen de heenweg al kost me vier uur. Is deze nachtreis wel zo’n goed idee? Bibberend van de kou eet ik mijn ... ja, wat eet ik eigenlijk? Lunch kan ik het moeilijk noemen — het is vier uur ’s nachts. De wind giert door de lege kozijnen van het gebouw waar ik mijn toevlucht heb gezocht. Ooit leefden er in Måstad 120 inwoners van de vis- en vogelvangst. Een geschikte haven was er niet; elektriciteit evenmin. In 1974 vertrok de laatste inwoner — 33 jaar nadat het schooltje waar ik nu mijn boterhammen eet zijn deuren sloot. Wilde bloemen hebben de ruimte tussen de zorgvuldig gestapelde muurtjes heroverd. Achter de rood met wit geverfde huizen verrijst een dramatische bergmuur. Als ik de energie had zou ik het zigzaggende paadje beklimmen en op zoek naar de papegaaiduikers en jan-van-genten die op de steile kliffen hun nesten bouwen. Vroeger joegen de Noren hier op adelaars. De eilandbewoners verstopten zich in lage stenen hutten, van waaruit ze de enorme roofvogels met hun blote handen vingen. Het enige wat ik vang is een glimp zonlicht, wanneer de zonnestralen op de terugweg aarzelend door het loodgrijze wolkendek prikken.


Met de noorderzon vertrekken naar Moskenes

In mijn slaapzak is het warm. Ik moet minstens acht uur geslapen hebben — verbazingwekkend dat zoiets overdag zo gemakkelijk gaat. Buiten is de lucht stralend blauw. Aan de degelijke houten picknicktafel die de Noren hier in hun voorzienigheid hebben geplaatst eet ik mijn pasta met zalm en broccoli. Ineens begrijp ik de uitdrukking ‘met de noorderzon vertrekken’: in het holst van de nacht op pad gaan, wanneer niemand het verwacht. Met de zon dus echt in het noorden. Dat hij in het oosten opkomt, ’s middags in het zuiden staat en daarna in het westen ondergaat — dat wist ik wel. Waar de zon dan blijft wanneer het bij ons nacht is, daar denk je in Nederland niet over na.
Van mijn twijfels over de nachtreis is weinig meer over. De zon staat steeds lager aan de horizon. In het noorden. De ruige kustlijn van Værøy en de omringende eilanden baadt in een goudgele gloed. Veenpluis wuift met een zilverwitte schittering in het hoge gras naast het pad. Om twee uur ’s nachts sta ik boven op de Håheia, het hoogste punt van het eiland. Voor me zie ik het deel van Værøy waar ik afgelopen nacht worstelde met regen en rukwinden. Måstad ligt piepklein in de verte, liefdevol omarmd door beschermende bergen. Alles ziet er vriendelijker en warmer uit in dit licht. Vroeg in de ochtend neem ik de ferry naar Moskenes. Het verschil met het afgelegen Værøy is groot: de campings in dit deel van de Lofoten staan vol campers. Het zijn vooral toeristen op leeftijd en fanatieke hikers. Na hun ontbijt keert de rust weer terug op de camping. Mijn bioritme is voldoende ontregeld en zonder moeite val ik in slaap. Die slaap heb ik hard nodig, want vannacht wil ik Ryten beklimmen, een massieve klif in het noorden van Moskenesøya.


Sporen in de modder bij Ryten

Op de parkeerplaats ter grootte van een voetbalveld staat één andere auto. Rond middernacht kom ik de eigenaar tegen. ‘Ga je Ryten nu nog beklimmen?’ vraagt hij. ‘Misschien heb je geluk. Kijk goed naar de Kvalvikabaai, daar zwemt nu een walvis!’ Ik wil stevig doorlopen, maar hier niet afgeleid raken is geen doen. Boven me cirkelen adelaars, de baltsende moerassneeuwhoenen trekken zich weinig van me aan en het uitzicht op de baai wordt met elke zigzagbocht in het pad mooier. Zonder walvis, dat wel, maar ook zonder andere toeristen is dit een van de spectaculairste vergezichten van de hele Lofoten.

De rest van de nacht rijd ik naar het noorden, steeds verder boven de poolcirkel. Een otter duikt geschrokken de berm in.  Er is geen kip op de weg. Waarom doen niet meer mensen dit? Waarom zou je ’s nachts gaan slapen als het 24 uur per dag licht is? De talloze voetafdrukken in de modder bewijzen dat de paden op de Lofoten druk belopen worden, maar ik hoef het natuurschoon met niemand te delen. Moe maar voldaan rijd ik terug naar Bodø, waarvandaan ik aan het eind van de ochtend terugvlieg naar Nederland. Mijn slaapmaskertje bewaar ik voor volgend jaar. Daar heb ik die jetlag graag weer voor over.

Tussen 29 mei en 15 juli 2022 gaat de zon boven de Lofoten niet onder. Installeer de app Ut.no, kies een hike die jou aanspreekt en kom maar op met die slapeloze nachten! Het kan ook midden in de zomer ’s nachts behoorlijk fris zijn. Kun je wel een steuntje in de rug gebruiken om je slaapritme overhoop te gooien? Ga dan samen met Columbus-schrijver Joost op nachtreis, vanaf € 1050 p.p.



Ben je benieuwd naar nog meer van dit soort handige tips? In Columbus Travel editie 107 vind je onze top 20 greatest hits voor Europa plus tips voor de grote steden buiten het gebaande pad!

Volg Columbus Travel op Facebook en/of Instagram en meld je aan voor onze wekelijkse nieuwsbrief!