Oostland

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Oostland image

Oostland

Oostland
IJsland
Gidi

Hoe je van blauwe plekken kunt verbranden (Rondreis IJsland, deel 3)

Stel je een fjord voor met besneeuwde toppen, groene hellingen, talloze watervalletjes en een indrukwekkende slingerweg naar een klein dorpje beneden aan het water... Voeg daar een vleugje bewolking en een snufje wind aan toe, mixen met een beetje IJslandse temperaturen en een zon die niet ondergaat, en je hebt het recept dat Seyðisfjörður heet! (Klein lesje IJslands: spreek dit uit als sej-this-fjur-thoer, met een zachte "th" als in "that", en een echte rollende "r" die je met het puntje van je tong maakt.) Het dorpje heeft de meest spectaculaire fjordensetting die ik hier tot nu toe heb gezien.

Ik heb ruim 2400 kilometers gebruikt om vanuit Reykjavík hier te komen, flink wat meer dan ik voor de complete reis in gedachten had en dat terwijl ik pas 2/3 achter de rug heb... Dus bij de laatste benzinepomp meneer Visa maar weer eens bedankt, hoewel de prijzen hier niet zo hoog zijn als in Nederland (ongeveer 1.20 euro per liter). Mijn knalrode Suzuki Jimny houdt het goed vol als je bedenkt dat hij er al ruim 175.000 kilometer over de ruwe IJslandse wegen op heeft zitten! Je kunt dat wel merken, zo trilt het stuur nogal boven de 80 km/u, trekt hij wat naar rechts en voel je de koppeling af en toe wat slippen. Gelukkig heb ik de zwaarste stukken nu achter de rug, dus hopelijk kom ik volgend weekend zonder brokstukken terug in Reykjavík.

Enfin, na de wat deprimerende finale van het WK ging ik op weg naar het spectaculaire gebied rond Mývatn, spreek uit mie-wath, en die th is een soort "t" die je half inslikt (je tong tegen je gehemelte, maar verder geen klank). Logisch toch. Het betekent "muggenmeer" en soms waren er zoveel dat ze gewoon een waas vormden en een heel doordringend zoemend geluid maakten. Gelukkig zijn het vegetariërs en drinken ze dus geen mensenbloed!

Het fascinerende aan IJsland is dat de mooie plekken min of meer onverwacht opduiken. Natuurlijk weet je waar je moet zijn, maar je ziet het pas als je er bovenop staat en dan is het ook echt "Wauw!" Met Mývatn was dat ook zo; je vermoedt niets totdat je over een heuvel komt en daar ineens een grillig gevormd meer voor je ligt met de meest fantastische landschappen er omheen. Glooiend groene oevers, fascinerende pseudokraters, platte tafelbergen, felgekleurde vulkanische heuvels, stomende hete bronnen, borrelende modder, een dreigende grijze krater van as en puimsteen, waanzinnig grillige rotsformaties... En daar tussendoor lopen de buizen en pijpleidingen van een futuristisch ogende warmtecentrale. Niet voor niets is dit één van de meest geliefde plekken van IJsland en het was dan een lichte schok om, na zoveel dagen van heerlijke rust en afzondering, weer geconfronteerd te worden met de hectiek van busladingen vol ongeduldige toeristen die elkaar verdringen voor het beste fotoplekje.

Ter compensatie heb ik 2 dagen doorgebracht in het wonderschone en rustige Jökulsárgljúfur National Park. Sorry hoor, zo heet het nu eenmaal, maar een kleine uitleg helpt misschien: "Jökull" betekent "gletsjer"; Jökulsa betekent gletsjerrivier en "gljúfur" is het IJslandse woord voor "kloof". De naam betekent dus zoveel als "kloof van de gletsjerrivier". Je hebt daar de machtige Dettifoss waterval, de krachtigste in Europa; per seconde stort er meer dan 190 kubieke meter water naar beneden, dat is 190.000 liter oftewel 570.000 pilsjes... per seconde! Het is echt indrukwekkend om daar vlakbij te staan. Van daaruit gaat er een wandelpad langs de prachtige kloof die letterlijk uit de basaltrotsen is geschuurd. Overal kom je dan ook de meest wonderbaarlijke basaltformaties en rotswanden tegen, en de rivier slingert zich daar tussendoor terwijl er van links en rechts talloze kleine stroompjes naar beneden tuimelen om zich bij het woelige grijze gletsjerwater te voegen. Ongeveer halverwege is een prachtige camping in een beschut groen dal waar zowaar bomen groeien!

Aan het einde van de tweede dag word je beloond met een dramatisch mooi uitzicht over een hoefijzervormige kloof, die je, zoals gewoonlijk in IJsland, pas ziet als je letterlijk op het randje staat. Dit alles natuurlijk onder voorbehoud van goed weer, wat in IJsland betekent dat je af en toe wat blauwe plekken tussen de wolken kunt zien. Ik had héél goed weer: er waren zoveel blauwe plekken dat ik zelfs mijn neus heb verbrand!

Na 4 dagen wandelen en klauteren bij Mývatn en Jökulsárglúfur zijn mijn wandelbenen aardig opgewarmd. Om in vorm te blijven heb ik hier in sej-this-fjur-thoer een korte wandeltocht gemaakt langs de talloze watervallen die hier van de hellingen naar beneden komen. Maar ik wil ook nog wat tijd gebruiken om boodschappen te doen, een wasje te draaien, mijn foto's te ordenen en bij te werken voor een nieuwe update, of gewoon wat te relaxen in een fijne bistro hier om de hoek... Of misschien even naar het muziekfestival dat hier vandaag (zaterdag) letterlijk naast de deur wordt gehouden. Keuzes keuzes keuzes, zelfs in het zo onthaaste IJsland! Eén ding weet ik echter wel zeker: ik zit hier in een fijne stoel en daar kom ik niet meer uit voordat mijn halve liter ijskoude IJslandse pils op is!

Nog een flauw IJslands grapje tot besluit: Wat moet je doen als je verdwaald bent in een IJslands bos? Gewoon opstaan...

Veel warme groeten uit het frisse noorden!

(Gepost op zondag 18 juli in Seyðisfjörður