De Hmong: De ongeveer 120.000 Hmong (ook wel Meo genoemd) vormen de op een na grootste inheemse stam van Thailand, waar ze van alle groepen de meeste recente immigranten zijn. Het grootste deel van de Hmong kwam namelijk in de jaren vijftig en zestig van de 20e eeuw in Thailand aan, op de vlucht voor de oorlog in Laos. Het Thaise leger, dat immers op zijn hoede is voor communisten, beschouwde hen als subversieven (gezagsondermijnend) en de verhouding tussen de Hmong en de Thaise autoritieten is nog steeds gespannen. De ironie wil dat de Hmong vooral bekend staan om hun sterke onafhankelijkheidszin en - in Laos - om hun anticommunistische houding; ze vochten bovendien aan de zijde van de Amerikaanse troepen tijdens de Vietnam-oorlog. Het gebruik van opium is wijdverbreid onder de Hmong. De verwantschap verloopt via de de vaderlijke lijn en polygamie is toegestaan.