Chiang Mai was vroeger de hoofdstad van het Lanna-rijk, en een belangrijke overslagplaats op de karavaanroutes van Yunnan naar Birmese havens. Tegenwoordig is het een sterk verstedelijkte miljoenenstad, maar het oude, vierkante, deels nog ommuurde, centrum is nog redelijk intact. Daar wemelt het van de tempels in Lanna-stijl. De grootste is de Wat Phra Singh. Op de foto zomaar een detail, aan de voet van de chedi (stoepa). Toevallig stuitte ik in een kookboek van 1996 uit de serie Culinaire Reisbibliotheek op een foto van dit tempelcomplex, toen zag het complex en de stoepa er vervallen uit, en was ook niet met goud bedekt, er is kennelijk behoorlijk gerestaureerd de laatste jaren.