De opgravingen van Palmyra zijn op zich al een reden om naar Syrië te reizen. Middenin de woestijn op 245 km van Damascus staan de indrukwekkende resten van een antieke stad die een enorme oppervlakte beslaan. De meeste bouwwerken dateren uit de 2e-3e eeuw toen de handelskaravanen vanuit Azië (o.a. zijde) en het Midden Oosten de stad aandeden op weg naar de kust. Het is beslist aan te raden om in Tadmor, zoals Palmyra eigenlijk heet, tenminste een nacht te logeren. Een goedkoop en prima hotel is Ishtar dat schuin tegenover het museum op loopafstand van de ruïnes ligt. Zorg dan dat je nog voordat de zon aan de horizon verschijnt tussen de ruïnes staat. Het is er doodstil en het licht is magisch. De opstijgende zon zet de zuilenstraat en tempels in een warme gloed. Het is een onvergetelijke ervaring! Nog een belangrijke tip: trek iets warms aan, want tot 1 uur na zonsopgang is het in de woestijn bitterkoud. Zie ook mijn gelijknamige foto.