Jakarta

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Jakarta image

Jakarta

Jakarta
Indonesië
Suzydamman

Jakarta - deel2

Wist je dat:
* boeren laten, slurpen en smakken aan tafel en rochelen Javaanse etikette is.
* de mensen hier tot nu toe vriendelijk en behulpzaam zijn. Ze generen zich wel niet om ons aan te staren maar dat doen ze wel met een glimlach.
* aan de voeten van de hypermoderne, glazen wolkenkrabbers heel wat mensen in armoede op straat leven. Over contrasten gesproken...
* je geen geld aan bedelaars mag geven. Bedelen is hier vooral ontstaan door de toeristen die de arme dutskes wat geld wouden geven om hen te helpen.
* ze denken dat we of Nederlanders zijn (mooi niet) of Duitsers (ook niet) zijn. Als ze horen dat we Vlaamse Belgen zijn, brabbelen ze steevast "Goedendag!" en "Hoe gaat het met u?".
* je beurt afwachten of in een rij aanschuiven hier niet bestaat. 'Go with the flow' is hier het motto ook al moet je daarvoor wat porren en duwen.

Deze morgen vonden we vlot de weg naar de halte van de Busway. Toen we een ticket kochten, merkten we dat we hier gisteren die verkeerde bus genomen hadden die naar de andere kant van de stad reed terwijl we op een 10 minuutjes stappen van ons hotel waren. Enfin...
Nu waren we dus op weg naar het noorden van de stad. We stapten af in Batavia waar er nog enkele koloniale Nederlandse huizen waren overgebleven. Een echte bezienswaardigheid kan je het wel niet noemen, vinden we. We stapten verder richting haven. Voor we het wisten liepen we tussen sloppenwijken en onder bruggen waar heel wat daklozen leven tussen bergen afval die ze sorteren en er het bruikbare uithalen. De geur van rottend afval, vuil rioolwater en urine was afgrijselijk. Te midden van de afvalbergen stond een groepje jongens te biljarten op een afgedankte biljarttafel met maar drie poten. Even verderop waren een tiental kinderen aan het voetballen met een half slappe bal. Toen ze ons opmerkten, kwamen ze ons tegemoet. Ze riepen ons in het Indonesisch allerlei onverstaanbaars toe. We wisten niet waar eerst te luisteren. Eerst vroeg er een van de jongetjes:"Money... money... 100 rupiah, please!" Toen we hen duidelijk maakten dat we dit niet zouden doen, bleven ze met ons meestappen, nog altijd even enthousiast. We probeerden met hen te converseren, zij in het Indonesisch en af en toe een woordje Engels. Ze vroegen onze naam, ze waren fier op hun voetbal en ze wezen ons de weg. Ter hoogte van een oude Nederlandse uitkijktoren (De Uitkijk) verdwenen ze in een wirwar van kraampjes. Aan het verkeer merkten we dat we niet ver meer van de haven waren: vrachtwagens volgeladen met cementzakken, metalen stukken, etc. reden af en aan. Wat je je bij de haven Sunda Kelapa moet voorstellen is een kilometers lange rij sierlijke, houten schepen langs een modderige inham. Er heerste heel wat bedrijvigheid. Hier leeft de scheepvaart voort zoals het vroeger (14de eeuw) ontstaan is toen de Europeanen er aanmeerden op zoek naar dure specerijen.
Onder een schroeiende middagzon lossen en laden pezige arbeiders de schepen via een houten 'brug' die nog krommer is als een banaan. Behendigheid en kracht is een vereist want hier wordt zwaar werk geleverd. Tonnen goederen gaan over de schouders van deze magere dokwerkers, dag in dag uit.
Nog een 'leuk' weetje is dat vele van de kapiteins vroeger 'zeevagebonden" of piraten waren, afkomstig uit Sulawesi. Die wilde tijden zijn nu voorbij. Deze mannen zijn nu een stuk bezadigder maar ze zijn nog steeds even sterk gehecht aan de vrijheid op zee.
Na dit uitstapje keerden we terug richting hotel. We liepen nog even de Carrefour binnen en relaxten de rest van de middag aan het zwembad.
Morgen reizen we met de trein verden naar Bogor, een stadje 60 km van Jakarta, dat door de Nederlandse kolonisten uitgekozen werd als vakantieoord wegens het aangename, koelere klimaat.

Tot in Bogor!