Bali

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Bali image

Bali

Bali
Indonesië
Femkeopwereldreis

Melk uit een kokosnoot: in paradise!

Alweer een week of drie geleden… wij tussen de gepensioneerde Nederlanders op een terras in Lovina. Twijfelend tussen een broodje bal, bitterbal, of een haringje misschien? Nee, geef mij dan toch liever een Thaise groene curry. Dit is niet zomaar een scenario, maar waar gebeurd. In Lovina, een stadje verlaten in vergane glorie.

Ik maak nog een mooie duik, we rijden een rondje door het mooie binnenland van Bali. Dan is het tijd om onze grijze pensionada’s te verlaten. Op naar Ubud. Heerlijk eten, prachtige rijstvelden, spa’s overal. En natuurlijk niet te missen, de massa’s souvenierswinkeltjes. Na een pijnlijke, niet zo’n ontspannende reflexology voetmassaga, besluiten we snel door te reizen naar buureiland Lombok.

Het toerisme in Lombok ligt al jaren redelijk op zijn gatje, waar wij uiteraard niet om treuren. Na bijna twaalf uur reizen komen we aan in Senggigi; ongeveer het enige toeristendorp van omvang op dit eiland. En dan nog, liggen de restaurantjes en cafe Marina , er verlaten bij. Vijf dagen lang scheppen we weer eens heerlijk ons eigen bordje vol uit huiselijk geëmailleerde schalen in het hostel. We zouden onszelf niet zijn, als we vijf dagen lang helemaal niets doen…dus huren we weer zo’n leuk scootertje en crossen naar Zuid-Lombok. We delen de weg met gesluierde bromfietsvrouwen, bepakte paard en wagens, bromfietsers en schoolkinderen in uniform in de berm.

Waar het overbevolkte Kuta in Bali een begrip is, staat het Kuta in Lombok nog in de kinderschoenen qua toerisme. Waarom? Dat mag Joost weten. Zo mooi! De kustlijn is werkelijk onbeschrijfelijk prachtig. Golven die honderd meter van de kust breken, vissers in het azuurblauwe water tot aan de knieën, en bergen groener dan groen die uitmonden in de zee. Ik zie overal verkoopsters in de zinderend hete zon, wanhopig op zoek naar klanten (die hier niet zijn). Uit medelijden koop ik maar weer een armbandje. Hoe graag had ik hier een paar nachtjes willen blijven… graag!

Geen nood. We begeven ons de volgende dag richting de paradijselijke Gili Islands, ten noorden van Lombok. De witte zandstranden, bamboohutjes, en melk uit een kokosnoot… Het fijne zand knispert tussen mijn tenen, en de zon brandt op mijn niet meer zo witte huid. Ketting-, hangmat- en sarongverkopers proberen me een eilandlook te geven. Natuurlijk zwicht ik eenvoudig voor de fijn gekleurde steentjes en schelpjes. Mike die nog nooit zoveel boeken in zijn hele leven heeft gelezen. Genietend van een Bintang biertje en een heerlijk kipsate’tje, kijken we naar de ondergaande zon. Het voelt even als een zomerse dag in Amsterdam, op het terras in Cafe Krull. Met Kim aan het bier op vrijdagmiddag. Thanks Kim en Yuan, was super gezellig om een paar dagen met jullie te relaxen! En te duiken!

Dive till you drop, inderdaad. Zo verleidelijk, met een zicht van minstens 25 meter en een temperatuur van 30 graden. Van zeeschildpadden, mantarays, white tip reefsharks, tot cuttlefish (zeekatten), scorpionfish en lobsters. En ga zo maar door. Mijn verstrengelde gebleekte haar, verschrompelde vingers en enkelbandjes verraden de nieuwkomers op het eiland, dat wij hier al negen dagen vertoeven en moed inzamelen om dit tropische paradijs te verlaten. Met een snik en een tevreden blik stappen we het bootje in terug naar civilisatie. Poeh wat een leven!

Wat ik al zei: onbeschrijfelijk mooi. Dat geldt eigenlijk voor heel Lombok. Laat vooral die toeristen maar naar Bali gaan. En Lombok in haar onaantastbare waarde. So untouched. So sparkeling. Never want to leave.

We tuffen wederom op de brommer door naar de oostkust. Nog iets meer, iets meer zien voordat we Lombok verlaten. Geen verrassingen meer. Alles blijkt even mooi. Geïsoleerde vulkanische zwarte zandstranden, palmbomen en plaatselijke bevolking die ons geïnteresseerd nawuiven. Nieuwsgierig geworden naar het binnenland van Lombok, rijden we naar de voet van vulkaan Rinjani. Geen tijd meer om deze te beklimmen, wel tijd om naar twee watervallen te wandelen, met sublieme uitzichten over de rijstterrassen. De volgende dag doen we hetzelfde, maar dan vanaf het dorpje Tetebatu, gelegen aan de andere kant van de vulkaan. Ook hier weer fantastisch. Sorry, mensen het wordt saai. Tja, hopelijk heb ik jullie interesse gewekt om eens deze kant op te komen.

Laat ik nu stoppen, voordat ik weer ga roepen dat het hier zo fantastisch is. Nog een keer, alleen voor Frits Bom dan: ‘Tis hier fantastisch!’