Nieuw-Zeeland - De kiwi-connectie image
Lkoedam

Nieuw-Zeeland - De kiwi-connectie

De bergen in Nieuw-Zeeland waren ooit zo heilig, dat de Maori’s hun ogen afwendden als ze erlangs liepen. Nu kijken de vele thrill seekers op het Noordereiland de natuur recht in de ogen: het land van gloeiend hete geisers, diepe kloven en wilde wateren herbergt vele kicks. Wie durft?



Fotografie: Rogier Timmermans



De kiwi-connectie



Wie over de snelwegen van Nieuw-Zeeland rijdt, valt meteen één ding op: de talrijke vogels van Nieuw-Zeeland zijn ófwel stekeblind ófwel echte sensatiezoekers. Doodgemoedereerd strijken ze neer op het wegdek, net als jij daar met honderd kilometer per uur overheen komt razen. Waarschijnlijk is hun roekeloosheid genetisch bepaald. Voordat de Europeanen honden, katten en ratten op Noordereiland introduceerden, kenden ze namelijk geen natuurlijke vijand. Wat wel een raadsel blijft is waarom ze nu juist precies op de weg neerstrijken, terwijl het Noordereiland zoveel ruige kusten met bountystranden kent en een uitgestrekt droomgroen binnenland. Het resultaat anno 2007: overal bloederig hoopjes veren van vogels die ondanks herhaald toeteren weigerden tijdig het luchtruim te kiezen.



THRILL SEEKERS



Geen wonder dat de vaalbruine kiwi, de komische, slaperige vogel die verleerd is te vliegen en waaraan de Nieuw-Zeelanders hun bijnaam danken, met uitsterven bedreigd wordt. Zouden ze zijn geïnspireerd door de menselijke thrill seekers, die hier op het eiland hun adrenaline oppompen? Die lijken het beter voor elkaar te hebben dan de pechvogel, hun hobby’s zijn ontstaan omdat het landschap zich ervoor leende. Spectaculaire diepe kloven waarover bruggen zijn gebouwd, geschikt om vanaf te bungeejumpen bijvoorbeeld. Of de wilde rivieren met duizelingwekkende watervallen waarover je ongeëvenaard kunt raften. Om maar even wat te noemen.

Nee, dan hebben de vogels niet de beste plek uitgekozen. Ooit scharrelden er twaalf miljoen kiwi’s in Nieuw-Zeeland rond, nu nog maar zo’n 60.000. Eén van de mensen die probeert te voorkomen dat de beesten uitsterven, is Mike Camm. Hij komt uit het relaxte badplaatsje Ngunguru aan de noordoostkust. Ik volg de rivier die naar de zee en Ngunguru loopt. In het stadje worden we onthaald door de aparte geur van de mangroves, waarna we bij een klein eethuisje tegenover het smalle zandstrand ‘Kiwi Camm’ ontmoeten. Hij nodigt me uit hem te volgen over een stoffige grindweg naar een groene vallei, vol krullende varens.



Even verderop liggen de Whangarei-watervallen en het plaatsje Whangarei, wat op z’n Maori’s ‘Bountyland’ betekent en refereert naar de vele witte stranden die de kust hier rijk is. Maar ook het binnenland ruikt en voelt tropisch. Langs de weg staan bordjes bij de boerderijen met ‘Fruit te koop’ net als bloemen en planten. Camm stopt bij een boerderij. Hij vertelt dat hij deze 5.000 hectare landbouwgrond een paar jaar geleden opkocht en omtoverde tot een paradijs voor kiwi’s. Zo zorgde hij voor genoeg lage struiken waaronder de kiwi’s zich kunnen verbergen, plantte hij talloze bomen en legde hij zelfs een compleet meer aan. ‘De kiwi is ons nationale symbool,’ zegt Camm, ‘maar als we niets ondernemen is er straks geen één meer over. Terwijl het zulke geweldige dieren zijn: ze zijn grappig, agressief en don’t give a flying fuck about humans.’ Enigszins gegeneerd laat hij de vallen en klemmen zien waarmee hij de wezels, hermelijnen, fretten, egels en buidelratten te lijf gaat die zijn troetelvogel bedreigen. ‘Ik houd er niet van om dieren te doden, maar als ik niets doe, zijn de kiwi’s er binnen no time geweest.’



Klik om te kijken of de papieren editie of de digitale editie nog beschikbaar is.