Van Baarn naar Maarn: de mooiste treinroute van Nederland op de Utrechtse Heuvelrug image
Anne Hamers

Van Baarn naar Maarn: de mooiste treinroute van Nederland op de Utrechtse Heuvelrug

Dwars door Nationaal Park de Utrechtse Heuvelrug loopt een van de bijzonderste stukjes spoorlijn van ons land: de treinroute van Baarn naar Maarn. Een route midden in de natuur, geliefd vanwege het prachtige uitzicht op onontdekte landgoederen en buitenhuizen. 

De Amsterdamse drukte glijdt met de snelheid van de trein van me af. Onderweg naar Baarn zie ik vanuit het raam al snel het Naardermeer opduiken, gevolgd door het schitterende bosgebied van het Hoge Vuursche. Hoewel ik er nog nooit ben geweest, begint de Utrechtse Heuvelrug haast in mijn achtertuin. Dit gebied staat vol kastelen, landgoederen en buitenhuizen die rijke stedelingen vroeger bouwden om van dit rustige stukje Nederland te genieten. Hoog tijd om dit bosrijke gebied en haar verhalen zelf eens te ontdekken.

De verborgen wachtkamer op station Baarn

Onze eerste stop is Baarn. Ook wel vorstelijk Baarn genoemd. Niet gek met Paleis Soestdijk aan de andere kant van het bos. Precies om die reden werd er in 1874 in het stationsgebouw voor Prins Hendrik een koninklijke wachtkamer gebouwd. Gastheer Loek van Hasselt neemt ons mee in dit stukje Utrechtse geschiedenis.

‘Koningen wachten niet,’ vertelt Loek terwijl we door de fraai versierde deur de wachtkamer binnenlopen. ‘Zij zitten hier met hun gegadigden te kletsen en pas wanneer de trein voorrijdt, kijken ze op.’ We stappen de royaal ingerichte salon binnen. Kroonluchters verlichten de ruimte terwijl de regen zachtjes op het dak tikt. In mijn gedachten zie ik de koninklijke familie al op de rode fauteuil uit een wit porseleinen kopje nippen. De geel-blauwe NS-trein die door de ramen te zien is, valt een beetje uit de toon tussen de mintgroene en zalmroze kleuren van de wachtkamer. Ik probeer me in te beelden hoe anders dat moet zijn geweest toen vroeger de stoomtrein voorreed.

Loek wijst ons op de kleine details in de kamer. Zoals de bij op de honingraatvormige deurknop. Sinds de tijd van Zonnekoning Lodewijk XIV wordt de bijenkorf als symbool gebruikt voor een hiërarchische samenleving. ‘De koningin staat hierin symbool als leider van het volk,’ aldus Loek. Groot is de koninklijke wachtkamer niet. Erg warm ook niet. En dus besluiten we verder te praten met een kopje kofe in de Huiskamer, een veredelde kiosk in het stationsgebouw van Baarn. 

baarn wachtkamer koninklijkDe bijenkorf, als symbool voor een hiërachische samenleving, is ook te vinden op de deurknoppen van de Koninkijke Wachtkamer op Station Baarn. Foto: Anne Hamers

De verhalen van Oud Amelisweerd

Onze treinroute vervolgt zich richting Utrecht en brengt ons naar Oud Amelisweerd in Bunnik. Van buiten oogt dit achttiende-eeuwse landhuis wat grauw onder de grijze regenwolken, maar binnen zijn de kamers versierd met een kleurrijk en zeldzaam, 250 jaar oud Chinees behang, dat vroeger werd meegebracht door de VOC.

Onze gids Joost gaat ons voor in het gebouw. Hij is een van de vele vrijwilligers die ervoor zorgt dat Amelisweerd weer toegankelijk is na het faillissement in 2018. Dankzij het pop-up museum dat zich hier nu heeft gevestigd, kunnen bezoekers van dit erfgoed blijven genieten.

De kamers van Oud Amelisweerd zijn een museum op zich, waar tot in de kleinste details jachtscènes te zien zijn, afgewisseld met elegante natuurmotieven. Joost vertelt over de geschiedenis. In 1760 kwam het landgoed in handen van Gerard Godard Taets van Amerongen, lid van een van de oudste, adellijke families van Utrecht.’ In de tien jaar die volgden verrijkte Van Amerongen het landgoed met schitterende parken, een moestuin en de inmiddels beroemde behangels.

Na Van Amerongens dood kwam het landhuis in handen van Lodewijk Napoleon, die onder Frans bewind koning van Holland werd. ‘Hij heeft hier slechts een enkele keer overnacht,’ vertelt Joost tussen neus en lippen door. ‘Zijn broer, de Franse keizer Napoleon Bonaparte, riep hem al snel terug voor hij zich hier goed en wel kon vestigen.’

We lopen door het krakende landhuis en Joost wijst ons op de details in de behangsels en de gebruikssporen van andere voormalig bewoners, zoals de geïmproviseerde elektriciteitsdraden die een leraar van St. Jozefkweekschool uit Zeist aanlegde. In de negentiende eeuw is Oud Amelisweerd als schoolgebouw gebruikt tot de leerlingen moesten wijken voor Duitse soldaten. We eten bij De Veldkeuken, een biologisch en ambachtelijk eetcafé dat zich ook op het landgoed bevindt. Ze gebruiken hier ingrediënten uit de eeuwenoude moestuin van Amelisweerd. Lokaal en daardoor extra lekker als je het mij vraagt. Op sommige dagen kun je als bezoeker ook bij deze moestuin terecht voor je groentes, fruit en bosje bloemen uit de pluktuin.

oud amelisweerdDe kamers van landhuis Oud Amelisweerd zijn een museum op zich. Foto: Ngoc Chau

Op pad met de schaapskudde

Nadat we weer opgewarmd zijn — Oud Amelisweerd is nog in oorspronkelijke staat en dus zonder centrale verwarming — gaan we via eindstation Maarn door naar Leersum, waar we Nationaal Park de Utrechtse Heuvelrug verkennen met de schaapskudde Doorn. Op het opengestelde landgoed Dartheuvel wachten herder Daniel en zijn trouwe border collie Lily ons op in zijn kantoor: een 92 jaar oude theekoepel van zo’n vier vierkante meter. Aan alle kanten van het symmetrische huisje zijn we omringd door de rust van het bos. ‘Deze theekoepel is een sprookjesachtige plek. Het is alsof je van een afstandje naar de werkelijkheid kijkt,’ zegt Daniel, die hier met zijn mindfulnesspraktijk Klanck ook meditatieretreats organiseert.

We drinken thee en luisteren naar Daniels verhalen over zijn leven als herder. Vroeger droomde hij al van het herdersbestaan, toen hij nog studeerde aan de rockacademie in Utrecht en meedeed met de Beste Singersongwriter van Nederland. Zijn platenlabel heette niet voor niets Shepherd Songs. Nu zingt hij af en toe nog voor zijn schapen, waarbij Paulette, ‘de diva van de kudde’, met haar bel om haar nek harmonieuze melodieën creëert.

‘Schapen zijn een super duurzame manier om de hei te onderhouden,’ legt Daniel ons uit. ‘De schapen grazen op plekken waar machines maar moeilijk kunnen komen.’ Daarnaast houden ze de biodiversiteit in stand. In hun wol dragen ze zaden van bloemen en planten mee en hun hoeven werken als een soort schofel. Ze stampen de dichtgeslagen aarde weer open, zodat het kan ademen. En ze grazen natuurlijk het onkruid op de hei weg en bemesten het vervolgens weer met hun keutels.

Daniels enthousiasme over zijn dames is aanstekelijk. Gelukkig kunnen we ze al snel ontmoeten. Een kudde van twaalf Drentse heideschapen, het ras dat vijfduizend jaar geleden waarschijnlijk ook al op de Heuvelrug graasde, wordt door Lily bij elkaar gedreven. Daniel straalt. Deze herder heeft duidelijk zijn plek gevonden midden in dit bos. Net als zijn schapen, die op deze manier de Utrechtse Heuvelrug niet alleen nog mooier maken, maar ook een bijzondere geschiedenis in ere houden.

Ik snap wel waarom die rijke stedelingen vroeger hun buitenhuizen op de Heuvelrug lieten bouwen. Als het even kon zou ik hier ook blijven, maar tegen het vallen van de avond bevind ik me weer in de trein naar Amsterdam. Gelukkig begint de Heuvelrug haast in mijn achtertuin en kan ik er zo even naar terug. 

schapen utrechtDaniels kudde van Drentse heideschapen in Nationaal Park de Utrechtse Heuvelrug. Schapen zijn een duurzame manier om de hei te onderhouden. Foto: Daniel Versteeg

Honeyguide

Honeyguide stimuleert reizen en vrije tijd met een positieve impact. Nederland kent talloze verborgen parels die allemaal bijdragen aan een mooiere, eerlijkere en duurzamere wereld. Op de webiste van Honeyguide brengen honeyguides zoals Yalou en Ngoc deze plekken onder de aandacht. Met behulp van de duurzame doelen van de VN, maakt Honeyguide het gemakkelijk een bewuste keuze te maken. Bezoek de website voor tips van honeyguides over hun favoriete slowspots in Nederland. Weet jij altijd alle unieke plekken te vinden, van de gebaande paden? Deel jouw tips en word zelf ook een honeyguide.