Marokko

Reisgids

Reistips

Nieuws

Beste reistijd

Regio's en steden

Foto's

Praktisch

Marokko image

Marokko

Marokko
Afrika
Marjan

Laughter is the shortest distance between people - deel 2

’s Avonds dwalen we door het stadje en ontmoeten we een heerlijk stel kinderen die aan het voetballen zijn. Nadat we enige tijd naar hun voetbalspel hebben gekeken, lopen we weer verder. Ze komen echter lachend achter ons aanrennen en we krijgen van ieder kind een spontane omhelzing en een dikke zoen. Met een brede glimlach op ons gezicht lopen we terug naar ons hotelletje. In de daaropvolgende dagen worden we geconfronteerd met de verschillende weertypen van Marokko. Van regen naar sneeuw en van sneeuw naar de brandende hitte in de woestijn. Al sjokkend op de dromedarissen genieten we van de prachtige zonsondergang in de rode zandduinen van de Erg Chebbi. Onze gids heeft een prachtige karakteristiek hoofd en moet iedere keer glimlachen wanneer hij ziet dat ik mijn best doe om mijn evenwicht goed te bewaren bovenop de bult van zijn kameelachtige viervoeter. De volgende dag voel ik me nog enigszins stijfjes wanneer ik door de prachtige velden wandel van Tamtattouchte. We genieten van het uitzicht op de vervallen Kasbah’s door rood oplichten door de ondergaande zon. De vrouwen zijn druk aan het werk in de prachtige groene velden. Tegen de avondschemering lopen ze gebukt onder de zware last van hun oogst over de gladde rotsen terug naar hun huisjes. De kinderen dartelen om ons heen en vergeten spontaan hun gevraagde dirham wanneer ze zichzelf terugzien op de foto. Twee jonge vrouwen wijzen enthousiast naar mijn knalroze sjaal die ik om mijn hoofd heb gebonden. Ze lachen vervolgens wanneer ze laten zien dat zij hun hoofd toch op een iets andere wijze hebben bedekt met een doek. Wanneer we de volgende dag onder een grote boom zitten te genieten van een kop Marokkaanse thee, kom ik erachter dat niet alle vrouwen zo vriendelijk naar ons glimlachen. De grote nors kijkende vrouw neemt het haar man zichtbaar kwalijk dat hij ons heeft uitgenodigd om bij de hele familie onder de boom te komen zitten. Bij het afscheid glimlach ik nog even dapper naar haar boze gefronste blik. De vrouwen hebben het hier mogelijk ook wel wat te verduren van de blonde blanke toeristen die hier frank en vrij rond paraderen. In Marrakech hoor ik dat het verboden is om als hotel een zwembad op je dakterras te bouwen omdat anders de Marokkaanse vrouwen niet meer vrij op hun eigen dakterras kunnen zitten bij het aanzien van alle schaars geklede dames die hun best doen om de Marokkaanse mannen te imponeren. Wanneer ik door de smalle straatjes loop, vormen de hippe dames met hun ultrakorte broekjes een schril contrast met de zwaar gesluierde vrouwen. Voor het eerst wordt ik ook geconfronteerd met het opdringerige deel van de bevolking. Wanneer ik even rustig een winkel doorloop, krijg ik meteen een aantal tassen om mijn nek heen gedrapeerd en word ik pontificaal voor de spiegel geduwd. Wanneer ik vriendelijk maar duidelijk probeer aan te geven dat ik geen interesse heb, word ik aan mijn arm naar de andere kant van de winkel geloosd. Mijn gezicht spreekt boekdelen wanneer de man me vraagt om wat te betalen nadat ik me heb los gewurmd en de winkel wil verlaten. Wanneer we ons ’s avonds voortbewegen over het beroemde plein bekruipt mij een mistroostig gevoel bij de aanblik van de vele mensen die ieder op hun eigen wijze zo nadrukkelijk hun best doen om het publiek te imponeren. Een oude man in haveloze kleding legt een paar kaarten en tovert een tandenloze glimlach op zijn gezicht tevoorschijn wanneer er een jong, verliefd en goedgekleed stel bij hem langs slentert. Wanneer we boven op één van de terrassen zitten, heeft de aanblik van het plein iets magisch. De vele lampjes en de geluiden van het avondgebed leiden mijn aandacht af van het gesprek met een ouder Nederlands stel die al wekenlang met een caravantour door Marokko trekken. Ik besef dat het de ouderen in Nederland een stuk beter hebben getroffen dan de ouderen die ik die middag al bedelend in de kleine straatjes aantrof. De glimlach die op het gerimpelde gezicht van de blinde oude vrouw verscheen toen ik haar een broodje gaf, staat zelfs na twaalf dagen nog op mijn netvlies.”

Wanneer we genieten van het heerlijke Marokkaanse Taijne wordt de intieme sfeer in het restaurant ruw verstoort door het luidruchtige applaus van het Nederlandse gezelschap welke hun vakantie ook aan het evalueren zijn. De ober die al heel de avond zijn uiterste best doet om alles zo goed mogelijk te verzorgen, wordt onbeleefd afgesnauwd wanneer hij in de drukte een verkeerd drankje aanbied aan één van de mannen. Tussen de boze woorden door waarin de ober nadrukkelijk wordt geconfronteerd met zijn fout, maakt de man zijn gezelschap duidelijk dat hij na jarenlange ervaring in de horeca toch wel echt ziet dat er niet echt ervaring spreekt uit de werkwijze van de ober. Het gezelschap schiet in de lach waarop de ober zijn hachje nog enigszins probeert te redden door vriendelijk te blijven glimlachen. Wanneer hij zich echter omdraait, zien we dat zijn verkrampte glimlach overgaat tot een vermoeide en gefrustreerde uitdrukking. Door hem een meelevende lach te schenken, proberen we het gedrag van onze landgenoten enigszins goed te maken. We zien zijn ogen oplichten wanneer hij merkt dat we hem onze waardering willen tonen. Wanneer we teruglopen naar ons hotel realiseer ik me opnieuw hoe dicht je bij je medemens kunt komen, enkel en alleen door een glimlach.