West Gambia

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

West Gambia image

Magie of geluk in Gambia

West Gambia
Gambia
Jan-Hemo

Magie of geluk in Gambia

Gambia magie of geluk.
De eerste avond in het hotel, er is een verloting, men komt langs om loten te verkopen. Wat gambiaanse bankbiljetten en meedoen en ….. ja, ja hoera, de hoofdprijs is voor ons, een houten beeld van een vrouw. Wat een geluk, we zijn de koning te rijk met onze aanwinst, het zal wel passen en meten worden, maar deze moet mee naar huis. De volgende dag bezoek aan de markt in Banjul, we zien familie van ons beeld, alle soorten, maten en de prijzen, je kunt er bijna een lot mee kopen.
Dan een boottocht over de Gambia rivier, een ervaring op zich, met een grote houten boot met bovendek als beschutting voor de zon. Als ik het bovendek op klim, begint de boot behoorlijk over te hellen, van beneden hoor ik de kapitein roepen: “Balance the boat. Balance the boat” Beneden verplaatsen een aantal mensen zich, als ik mij vervolgens naar de andere kant van de boot begin te verplaatsen, reageert niet alleen de boot, maar ook de kapitein, hij begint opnieuw te roepen. Ik blijf maar in het midden zitten, de boot mooi in balans. Wat een geluk.
Aangekomen bij een steiger, staat er een groep kinderen, een jongetje van een jaar of 6 huilt. Hij draagt een vreemd zwart hoofddeksel, dichterbij gekomen blijkt het een muts gemaakt van een rubberen binnenbal van een voetbal. Tja op die leeftijd met zo’n muts op zou het huilen mij ook nader staan dan het lachen. Nu zie ik het anders, mijn nieuwe NY pet als ruilobject en korte tijd later ben ik de trotse eigenaar van een rubberen muts. Moet inwendig lachen, ga thuis vertellen dat dit het hoofddeksel van een Gambiaanse veerbootkapitein is. Het ventiel dat in mijn hoofdhuid prikt is minder comfortabel, binnenstebuiten gekeerd en een gevonden veer in het ventiel gestoken voel ik mij een soort indiaan. We komen bij de Stone circles van Wassu/Kerrbatch. Heel interessant maar bij 35 graden, na een korte bezichtiging toch maar op zoek naar verkoeling. Bij een aantal huisjes/winkeltjes blijken de bewoners en kinderen in de schaduw te zitten. Iemand begint op een aantal lege jerrycans te roffelen. Een van de vrouwen begint te dansen, ook ik waag mij op de dansvloer. De dansende vrouw komt op mij af en verteld mij dat zij de Kalinkula van het dorp is, ze danst en vermaakt de dorpsbewoners. Ze knuffelt mij (wat een geluk) en noemt mij de Kalinkula van de groep “toebabs” (witte reizigers).
We lopen over het strand, uit mijn ooghoeken zie ik een bumster aankomen (jongen die vraagt hoe het gaat, waar je vandaan komt, of je in het restaurant wat komt drinken/eten)
We besluiten hem aan te spreken: “Hallo, goed dat we jou treffen, zou je vandaag met ons mee willen lopen en willen vertellen over je land en gewoontes. Bij terugkomst gaan we wat drinken daar waar je ons graag wilt hebben”. Het werkt, onze privé gids vertelt over zijn land en nog veel meer. Het is absoluut niet vervelend en andere bumsters ... die laten ons met rust. We komen op een kleine markt en hij verteld dat de prijzen zakken, het is einde seizoen. We lopen langs de kramen maar overal de bekende souvenirs. Als ik dit aan een oudere verkoper duidelijk maak, verteld hij iets te hebben wat eigenlijk niet voor toeristen is. Ik ga mee naar zijn privé gedeelte, hij pakt een soort touwtje met daarop een pakje en schelp als versiering. “Dit is juju,” Hij knoopt hem om mijn bovenarm. “Geef jou, vraag niets voor. Als je mij iets terug wilt geven mag, maar hoeft niet!
Met gemengde gevoelens bekijk is het stukje huisvlijt om mijn arm, nog nooit zoiets gezien, weet ook niet goed wat ik moet. Mijn vrouw en bumster staan buiten, ik laat ze mijn aanwinst zien, vraag bumster wat ik moet. Geef wat je wilt missen. Ik geef mijn laatste bankbiljetten aan de man. “Thank you, good luck” een glimlach op zijn gezicht. In een ander kraampje wissel ik euro’s voor dalashi’s. De koers is goed en ik krijg netjes uitgeteld. In een supermarkt kopen we ijsjes, Bumster eet voor het eerst van zijn leven een cornetto. Terug op het strand wijzen plaatselijke vrouwen naar mijn sierraad. “Toebab, you are a Gambian man”. Wat een geluk, dit souvenir.
Een paar dagen later met een visser in zijn boot, vissen boven het rif. Hij ziet mijn juju. Beschermt tegen messteken weet hij, zwaaiend met een mes, hij wil mij wel even een klein prikje geven. Ik ga niet in op het aanbod. De kapitein blijkt een gordel te dragen, waaraan diverse juju zijn bevestigd. Ze zijn voor: veel kinderen, veiligheid op zee, gezondheid, afweer geesten en nog meer. Na een aantal uren hebben we een mooie portie botervissen, we komen heelhuids weer aan wal. Als helden halen ze ons binnen en bekijken de vangst. Als blijkt dat we zelf niets willen houden, maar alle helpers met vis naar huis gaan, kan hun geluk niet op. Als dit zonder juju ook zo goed was afgelopen??
Een paar mensen uit onze groep, echte Gambia gangers, raden aan om de juju niet mee te nemen in het vliegtuig. Het is magie en kan ongeluk brengen. Gezien de positieve ervaringen is mijn juju toch mee gegaan naar Nederland. Op internet een en ander opgezocht. Een juju is heel gebruikelijk in Gambia, waar men erg bijgelovig is. Een marabout (medicijnman) maakt ze, het touwtje is vezel van baobab boom schors. De schelp is een versiering, in het pakketje er onder zit het geheim. Dit kan van alles zijn: vaak een stukje tekst uit de koran, haar van mens of dier, nagels, stukjes vel en nog meer vreemds. Toch een beetje magie. We hebben een voorspoedige thuisreis gehad en hebben daarna al weer heel wat andere reizen gemaakt. De juju ligt naast de veerboot muts, in onze rariteiten vitrine, hij gaat niet mee op reis, je moet het geluk ook niet tarten.

Foto's

7035d.jpg
7035d.jpg
Jan-Hemo
c965f.jpg
c965f.jpg
Jan-Hemo
564e4.jpg
564e4.jpg
Jan-Hemo
7035d.jpg
7035d.jpg
Jan-Hemo