We bezoeken het dorpje Konso, een dorp gebouwd tegen een berg met terrasbouw. Het is wereld erfgoed, staat op een groot bord, maar het dorpje zelf is behoorlijk armoedig. Er zijn ontzettend veel kinderen. Die spelen allemaal op het centrale plein van het dorp, het enige vlakke stuk. Deze kinderen zijn vol overgave aan het touwtje springen. Het kindje met de dikke buik, rechts van het midden, heeft geen scheurbuik door honger. De buik is het gevolg van een bacterie die zit in vuil drinkwater, zo werd ons uitgelegd. Ook heel vervelend, daar zouden ze naast het werelderfgoed (cultuur) ook iets aan moeten doen (gezondheid).
Het viel me op dat de kinderen zoveel spelen: touwtje springen, hinkelen, knikkeren, van alles dat wij vroeger ook deden.