Sinai

Reisgids

Beste reistijd

Foto's

Praktisch

Sinai image

Sinai

Sinai
Egypte
Maryam12

De pootjes van het kamelenjong

Trekken door de woestijn is een enorm mooie belevenis. Wat het voor mij vooral bijzonder maakt is de samenwerking met de kamelen. Wederzijdse afhankelijkheid, want zonder het dier zouden wij niet ver komen en het dier zonder ons krijgt gebrek aan voedsel.

Tenminste, dat laatste dacht ik altijd. Want wij nemen altijd durra voor de kamelen mee. Daarnaast knabbelen ze soms onderweg aan de struikjes die we tegenkomen. Hebben we een rustpauze, dan binden we de voorbenen aan elkaar, zodat ze niet al te ver weg dwalen. Al knabbelend trekken ze van struikje naar struikje. Mooi om te zien, want van elk struikje nemen ze maar een beetje en ook de wortels blijven onbeschadigd.

Kamelen en bedoeïenen: dat hoort bij elkaar als Knabbel en Babbel, als Sjors en Sjimmie. Maar elke bedoeïen heeft zo zijn eigen gedachte hoe je met de dieren omgaat. Sommigen staan snel met de stok klaar, maar anderen vinden dat een teken van zwakheid. Ik trek graag de woestijn in met goede kamelen en een gids, die de dieren fatsoenlijk behandelt. In eerste instantie wekte het verbazing als ik informeerde welke kamelen er meegingen. Maar nu zijn de bedoeïenen eraan gewend. Maryam wil prettige kamelen, geen angstige en ook geen bijters.

Op een van mijn vorige tochten liep een aardige jongen mee, die het de wandelaars ongelooflijk naar de zin maakte. Maar kwam hij in de buurt van zijn kameel, dan begon die angstig te brullen. Altijd. Bij anderen vertoonde hij dat gedrag veel minder. Hij had littekens en schuurplekken bij het zadel en het was ook al geen feest hem te berijden. Er viel niet mee samen te werken. Jammer van de jongen, maar hij mag niet meer mee.

Hoe anders is Aliyan met de kamelen. ‘Opzadelen vinden ze niet fijn, daarom krijgen ze dan wat te eten,’ zegt hij. Nog nooit zag ik dat een ander doen. En dus hangen we ’s morgens vroeg de voederzak om hun hoofd en geven ze wat durra. Ze laten zich ontspannen beladen.
Fu’ad houdt erg veel van zijn merrie. Ze moet bevallen en dus gaat hij niet met de familie mee naar de weidegronden. Hij is nerveus en hoopt dat alles goed gaat.

In NRC van 3 april stond een verslag van een wandeltocht met kamelen door de westelijke woestijn van Egypte. Een tocht die zwaarder is dan wat ik te bieden heb. En ook langer. Afzien is het geblazen, zowel voor mens als dier. Zo ging het vroeger, toen karavanen met zout of andere goederen door de woestijn trokken en zo gaat het nu, ten behoeve van een handvol toeristen, kennelijk ook.

Dat mensen voor hun genoegen hun grenzen opzoeken is ze van harte gegund. Dat er geen eten voor de kamelen meegaat staat mij helemaal niet aan. Dat zelfs een hoogzwangere merrie -de pootjes van het jong zijn al te zien- nog beladen wordt vind ik schandalig. Alsof de bedoeïenen niet wisten dat ze hoogzwanger was. Alsof er voor een relatief klein bedrag niet drie extra kamelen meekunnen die de zakken met durra dragen. En de toeristen komen niets tekort: soep, salade, sinaasappels; het is er allemaal.

Het lijkt me gepast dat de toeristen wat inschikken ten bate van de kamelen. Wie 11 dagen wil afzien kan ook best zonder salade of fruit. Water en brood, stel ik voor.